Ga maar mee, zegt
hij. En zo komt ze nog eens ergens. In Kemzeke, bijvoorbeeld. De Verbeke Foundation . Indian Summer in september. Het is
nog warm en toch sluipt langzaam de kilte van de herfst in haar botten.
Ze zit op een trapje dat naar de eerste etage van het glazen huis leidt. Een vreemd bouwsel dat enkel uit ramen bestaat. Tientallen, misschien wel honderd.
Ze zit op een trapje dat naar de eerste etage van het glazen huis leidt. Een vreemd bouwsel dat enkel uit ramen bestaat. Tientallen, misschien wel honderd.
Stil is het, enkel
als je goed oplet hoor je in de verte de auto's over de snelweg razen.
Vergane glorie.
Te veel, te groots en
alles om ter mooist. Zelfs al nam je duizend foto's, dan nog zou je de
indrukwekkende schoonheid ervan niet op beeld kunnen vastleggen.
Drie dagen later staat ze daar weer, met twee van de vijf. Een magere opkomst, maar de jeugd heeft andere verplichtingen.
Nog een keer door de prachtige tuin, in de enorme serres en overal waar haar twee kleinsten maar heen willen.
Drie dagen later staat ze daar weer, met twee van de vijf. Een magere opkomst, maar de jeugd heeft andere verplichtingen.
Nog een keer door de prachtige tuin, in de enorme serres en overal waar haar twee kleinsten maar heen willen.
Geen opgeheven vingertjes hier, ze mogen overal op, in, onder en door. Behalve naar de hoogste verdieping van de CampingFlat ,want net voor ze de tweede verdieping bereiken, moeten ze omwille van de knikkende knieën van hun mamaatje weer naar beneden.
Terug in de auto vraagt er eentje of ze de volgende dag nog een keer gaan. Wat zeg je schatje? vraagt ze, omdat ze denkt dat ze’t niet goed heeft verstaan.
Zaterdag dan? klinkt zijn stemmetje hoopvol. Los erop.
Zaterdag, beloofd! zegt ze. En voor een keer trekt ze geen gezicht
als hij vraagt of hij op de Xbox mag.