Alles gaat voorbij. Dat had ze niet gedacht. En toch is het zo. Samen met de dagen, de weken en de maanden verdwijnt stilaan het verdriet. Ze kan zich niet alles meer herinneren. Alleen dat het vreselijk was, uitzichtloos. En nu dus voorbij. Ze is weer haar oude zelf. Een beetje ongeduldig. Ook met de kindjes. Als ze 180 hemdjes, onderbroekjes en sokjes aan het droogrek hangt, moet ze soms tot tien tellen om niet te gaan gillen als ze hoort dat er een verdieping lager minstens twee van de vijf elkaar weer eens in de haren vliegen. Maar dan denkt ze met één sok binnenstebuiten om haar hand aan haar mindfulness-vrienden, hapt ze naar adem en gaat dapper verder met de was ophangen. Als ze zes sokken verder is, keert de rust doorgaans vanzelf terug. Geen reden om je druk te maken, dus.
"Vandaag is het een speciale dag, mama" zegt er eentje en niet-begrijpend kijkt ze hem aan. "Vind jij dat dan niet speciaal, mama, naar de speeltuin gaan, fietsen en naar de diertjes kijken?" zegt het ventje, een beetje verwijtend.
Ze krijgt terug kippenvel. Van hun stralende snoetjes. Hun vette knuffels. En élke avond "Slaapwel mama, tot morrrrrrrrrrgen" met een r zoals alleen haar kleinste er één heeft.
Ze hebben terug de slappe lach. En dansen op Papaoutai. "Onze papa is ook weg hè, mama"
"Ja" zegt ze dan. "Maar hij houdt nog héééééééééééééél veel van jullie, hoor"
Papa is nog altijd de sterkste en hij weet ook écht alles. En dat zal nooit veranderen. Toch niet in hun blonde kopjes.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten