zaterdag 19 december 2015

Wankel

Op een avond ontmoette het meisje een heel bijzondere meneer. Ze geraakten aan de praat en ze was helemaal van slag door wat hij zei. Het leek wel of de meneer dwars door haar heen kon kijken.
Hij geloofde helemaal niks van haar dappere woorden en lachte schamper om haar ongeduld. Ze kon amper staan in haar nieuwe leventje  en ze wou al zo graag rennen.
‘NEEN’ zei de meneer, wel honderd keer. 'Wat jij doet, wat jij zegt, dat KAN gewoon niet. Leer eerst maar eens gelukkig zijn, op je eentje. En geloof me, dat zal nog niet voor morgen zijn.’
Ze stampvoette, trok aan haar haren en riep heel hard dat ze al lang weer gelukkig was, dat ze echt heel sterk was, en ook heel dapper en dat ze wat er gebeurd was nu wel achter zich had gelaten.
‘Mja, zal wel..’ mompelde de meneer. En hij dacht er het zijne van.
Hij werd een beetje moe van het meisje, van haar gedram, haar gezeur en haar eeuwige stemmingswisselingen. 'Je moet niet gaan stappen, voor je deftig rechtop kan staan. Als je dat doet, zal je struikelen, en ik heb echt geen zin om je telkens weer op te rapen' zei de meneer streng.
Ze bleef verbouwereerd achter, en ook een beetje verontwaardigd. Maar de meneer dwong haar om na te denken en stilaan zag ze dat hij wel een punt had. En wat belangrijker was, ze lag niet meer als een beschadigd vogeltje in de zetel, ze stond tenminste weer recht. Wankel weliswaar, maar ze stond er wel. Misschien moest ze daar maar gewoon blij om zijn.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten